Tante Sara


UIT: Hakol nr. 47

Op zoek naar tante Sara

Op 27 mei 1950 wordt op het gemeentehuis van Breda aangifte gedaan van het overlijden van Sara Haas. De tekst van deze acte luidde : “Heden Zevenentwintig Mei negentien-honderdvijftig verscheen voor mij, Ambtenaar van de burgerlijke stand der gemeente Breda: Isabertha Sterkman, oud zeven en vijftig jaren, zonder beroep, wonende alhier, die verklaarde, daarvan uit eigen wetenschap kennis dragende, dat op zes Augustus negentienhonderd drie en veertig te vijf uur in deze gemeente is overleden Haas ,Sara, oud acht en veertig jaren, zonder beroep, geboren en wonende alhier, dochter van Haas, Izaak en de Leeuw, Elisabeth, beiden overleden. Waarvan acte, welke is voorgelezen (volgen de handtekeningen) B.Nr. 234-1950. Tot zover dit officiële document. Nu een aantal van de vele vragen die hiermee worden opgeroepen: Wie was Sara Haas? Waarom werd er zeven jaar na haar dood een overlijdensakte opgemaakt? Waar is zij begraven?

 

Sara Haas werd geboren op 10 februari 1895 in Breda. Zij noemde zichzelf bij voorkeur Céline Haas. Haar beroep was onderwijzeres aan een lagere school, waarschijnlijk in Rotterdam. Zij woonde met haar zuster Adèle, beiden waren ongetrouwd, in de Teteringenstraat in Breda. Op 12 mei 1940 verloren zij bij een bombardement hun huis en alle bezittingen. De zusters verhuizen naar de Nieuwe Bosch-straat. Waarschijnlijk heeft Sara Haas in november 1940 ten gevolge van anti-joodse maatregelen van de bezetter haar betrekking verlo-ren en kon zij later alleen nog maar op een joodse school lesgeven. Op 8 januari 1942 werd zij benoemd als derde leerkracht aan de joodse lagere school in Den Bosch. De gezusters Haas lieten een nieuw huis bouwen dat begin 1942 bijna gereed was maar werd opgeëist en onteigend door de Niederländische Grundstückverwaltung. De plannen van Adèle Haas om in dit nieuwe huis een pension te beginnen konden daarom geen doorgang vinden.

 

Op 26 augustus werd bij de Zentralstelle für jüdische Aus-wanderung te Amsterdam de kaart gelicht van Sara Haas. De reden hiervan is waarschijnlijk dat zij een vrijstelling (Sperre) kreeg vanwege haar betrekking als onderwijzeres aan de joodse lagere school in ‟s-Hertogenbosch. Haar zuster Adèle werd op 27 augustus 1942 wel opgeroepen voor deportatie naar Westerbork maar kreeg op de verza-melplaats aan de Oude Vest alsnog een voorlopige vrijstelling en kon naar huis terugkeren. Begin oktober 1942 meldde Sara Haas zich ziek bij het hoofd van de joodse lagere school in Den Bosch. Korte tijd later kon haar verblijfplaats niet meer worden achterhaald. Dit betekende dat zij de tijd gekomen achtte om onder te duiken. Sara Haas werd per 31-12-1942 uitgeschreven uit de bevolkingsadmini- stratie van Breda met de aantekening v.o.w. (vertrokken, onbekend waarheen). Haar zuster Adèle had een zwakke gezondheid en werd eind november 1942 verpleegd in het Diaconessenhuis. Op 9 februari 1943 werd ook zij uitgeschreven uit de bevolkingsregisters met de toevoeging v.o.w. (vertrokken onbekend waarheen) Adèle Haas werd op 23 september 1943 in Auschwitz vermoord.

 

Eind september 1942 werd Jacob Haas opgeroepen om zich te melden voor tewerkstelling in een Nederlands werkkamp. Op 2 oktober 1942 kreeg zijn vrouw bevel om zich met haar vier jonge kinderen naar Westerbork te begeven opdat daar het gezin weer herenigd zou worden. Maar deze list werd door Greet Haas-Vleeschhouwer doorzien. Met behulp van een maatschappelijk werkster uit Breda wist zij de twee jongste kinderen, Martijn en Rosa, onder te brengen op onderduikadressen in Bergen op Zoom. Daarna kon zij met de twee oudste kinderen onderduiken bij een bakker in Breda. Eind februari tot half maart 1943 was er in Breda ten gevolge van verraad een golf van arrestaties van ondergedoken joden. Op 11 maart werden Margarethe(Greet)Haas-Vleeschhouwer en haar kinderen Liesje en Izaak, alsmede haar zuster Rosa Vleeschhouwer en enkele andere onderduikers gearresteerd. Na een kort verblijf in het Huis van Bewaring werden alle arrestanten naar Vught en later naar Westerbork gebracht.

 

Margaretha Haas-Vleeschhouwer (Amsterdam, 20 maart 1907) en haar kinderen Liesje (Elisabeth) (Breda, 18 september 1932) en Izaak (Breda, 7 november 1933) werden op 23 april 1943 in Sobibor vermoord. De vader van dit gezin, Jacob Richel Haas (Breda, 27 januari 1901) was al op 28 februari 1943 in Auschwitz omgekomen.

Martijn Haas en zijn zus Rosa overleefden de oorlogsjaren. Na de oorlog hadden zij in Breda weinig meer te zoeken. Omstreeks 1950 ging de jonge Martijn Haas met zijn pleegouders op aliyah.

 

Zestig jaar later komt Martijn Haas, inmiddels prof. Dr. Martin Haas (Professor of Biology and Oncologie, University of California, San Diego) terug naar Breda. Hij gaat op zoek naar zijn roots en sporen die zijn familie heeft achtergelaten. Maar hij heeft nog een andere belangrijke reden om naar Europa te komen. Hij is een van de 22 Nebenkläger in het grote Demjanjuk-proces in München. Ivan Demjanjuk was kampbewaker in het vernietigingskamp Sobibor in de periode dat de familie Haas uit Breda, en ongeveer 34.000 andere joden uit Nederland daar werden vermoord.

 

Maar in Breda is zijn belangrijkste opgave het terugvinden van tante Sara Haas. Vooralsnog lijkt dit een bijna hopeloze zaak. Sara Haas komt niet voor op de lijst met namen op de joodse begraafplaats. Bij het Joodsmonument.nl is zij onbekend. In de registers van de Oorlogsgravenstichting komt zij niet voor.

Wie was de mysterieuze Isaberthe Sterkman, die in 1950 aangifte deed van het overlijden van Sara Haas? In de adresboeken van de gemeente Breda uit het jaar 1940 en 1947 wordt zij genoemd met als beroep verpleegster. Was zij werkzaam in een van de Bredase ziekenhuizen? En is in dit ziekenhuis Sara Haas op 6 augustus 1943 overleden? En is zij een natuurlijke dood gestorven? Waar is zij begraven? Is zij na haar dood tijdelijk ergens verborgen en later herbegraven?

 

Waar is Sara Haas gebleven? Bij de Stichting Begraafplaatsen (waar alle begravingen in Breda worden geregistreerd) is haar naam niet te vinden. Op het Stadsarchief van Breda is zij onbekend. In de dossiers herbegravingen komt zij niet voor. De plaatselijke afdeling van het Rode Kruis kan geen inlichtingen geven omdat Sara Haas daar onbekend is. Ook de dossiers van het Rode Kruis afdeling Breda geven geen enkele informatie. Het informatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis in Den Haag beschikt ook niet over relevante informatie over Sara Haas. De afdeling Oorlogsnazorg van het Rode Kruis heeft dit mysterie overgedragen aan de Werkgroep vermiste personen WO. II. In de zomer van 2011 komt Martijn Haas weer naar Breda. Om zijn zoektocht naar tante Sara voort te zetten. (JB)


 

 

 

 

 

 

 

login / aanvragen