Door Philip Soesan


Op 7 april 2013 hield Philip Soesan, voorzitter van de Joodse Gemeente Breda, de jaarlijkse Jom HaShoah-lezing in de Hollandsche Schouwburg Amsterdam; hieronder volgt de tekst van zijn toespraak. Soesan werd geboren op 15 juni 1941, en kwam als wees uit de oorlog. Nu is hij gastspreker Tweede Wereldoorlog op scholen in Brabant en Zeeland.


 Zet je verstand op nul 


 Vandaag, hier in Amsterdam bijeen op de jaarlijkse Jom Hasjoa-herdenking kunnen we wat mij betreft ons verstand op nul zetten. Want wat we vandaag herdenken gaat ieders verstand te boven. 

Bibliotheken barstensvol analyses en verklaringen schieten te kort. Het was koude, fabrieksmatige moordlust wat ons lot werd. Hier, onder verwanten en lotgenoten kan ik mijn woede en verdriet kwijt en beleef ik het herdenken samen met u op intense wijze.

 

Als Joodse Amsterdammer wonend in de Mediene voel ik me sterk verbonden met deze stad. De stad waar de Soesans al eeuwenlang wonen, werken – zoals mijn grootvaders bij Asscher – sappelden, huwden en kinderen kregen. Maar ook naar sjoel en Snoge gingen en werden begraven op Muiderberg en Ouderkerk. Generatie op generatie met hun simches en machlaukes, maar altijd met een honderd procent Joods hart en sterk misjpooche gevoel.

 

Mijn ouders, Philip Soesan en Flora van Buuren trouwden op 26 mei 1940 in de Beith Hamidrasjsjoel in de Rapenburgerstraat. De oorlog was net begonnen en ik heb me vaak afgevraagd of zij zich bewust waren van de inktzwarte wolken die stukje bij beetje de hemel verduisterden.

Was het naïviteit, roekeloosheid of het niet willen geloven wat Duitse Joden aan gruwelverhalen met zich meebrachten? We zullen het niet weten, ons verstand staat stil.

Op 15 juni 1941 werd ik geboren in het Nederlandsch Israëlitisch Ziekenhuis aan de Nieuwe Keizersgracht. Vanzelfsprekend heb ik geen herinnering aan die allereerste levensperiode, gelukkig hebben enkele nog in leven zijnde familieleden en de NIOD-archieven mij geholpen de puzzelstukjes in elkaar te schuiven. Vader en moeder zijn op 26 september 1942 in Auschwitz/Birkenau vermoord evenals mijn grootouders van moederskant. Twintig jaar geleden kreeg ik een foto van mijn ouders en dat was voor mij de eerste keer dat ik een beeld van hen zag. Dat moment ben ik nooit meer vergeten.

 

Inmiddels getrouwd woonde ik in Bergen op Zoom. Een ouder familielid vertelde mij dat er in Roosendaal 12 kilometer verderop nog familie woonde, een achternicht. Heel bijzonder en dat achternichtje vroeg me eens mee te gaan naar de sjoel in Breda. Ik? Naar Sjoel?

Nu ben ik inmiddels twaalf jaar voorzitter van de Nederlands Israëlietische Gemeente Breda en sinds een aantal jaren gastspreker Tweede Wereldoorlog op scholen in Brabant en Zeeland. Daar kan ik mijn verhaal kwijt en vertel de kinderen wat u en mij is overkomen. Het wordt nooit routine en het valt niet altijd mee. Vragen als ”voelt u zich niet schuldig dat u wel de oorlog heeft overleefd” hakken er stevig in. Maar de voldoening is groot als leerlingen na afloop – soms met tranen in hun ogen – mij laten weten dat ze geraakt zijn door het verhaal over de Sjoa. “We begrijpen het niet” hoor ik ze regelmatig zeggen, “waarom is dat gebeurd?” Ik kan ze het antwoord niet geven, je verstand staat stil.

 

Ogenschijnlijk onschuldige advertenties voor kwaliteitsrugzakken in het Joodsche Weekblad uit  1942 en 1943 geven beter dan wat ook aan wat er te gebeuren stond. Verzamelen, vroeg in de ochtend op de stoep voor je huis met buren, vrienden, kennissen die ook niet wisten welk sinister lot hen wachtte. En zo zaten ze daar, die schlemielen met hun kwaliteitsrugzakken te wachten op de vrachtwagens op weg naar onbekende bestemming.

We zitten hier met allemaal bekenden en de stemming is hier best.

 

Zo schreven mijn ouders hun laatste groet en verdwenen in de diepste duisternis ooit ….. .

 

 

 

 

 

 
Jom Hashoa-herdenking in Amsterdam: zet je verstand op nul
Geplaatst op 8 april 2013
 Vandaag, hier in Amsterdam bijeen op de jaarlijkse Jom Hasjoa-herdenking kunnen we wat mij betreft ons verstand op nul zetten. Want wat we vandaag herdenken gaat ieders verstand te boven.
 
Daarmee opende Philip Soesan zijn toespraak bij de Jom Hashoa herdenking in de Hollandsche Schouwburg in Amsterdam. Soesan werd geboren op 15 juni 1941, en kwam als wees uit de oorlog. Nu is hij voorzitter van de Joodse Gemeente Breda en gastspreker Tweede Wereldoorlog op scholen in Brabant en Zeeland.
Bibliotheken barstensvol analyses en verklaringen schieten te kort. Het was koude, fabrieksmatige moordlust wat ons lot werd. Hier, onder verwanten en lotgenoten kan ik mijn woede en verdriet kwijt en beleef ik het herdenken samen met u op intense wijze.
Als Joodse Amsterdammer wonend in de Mediene voel ik me sterk verbonden met deze stad. De stad waar de Soesans al eeuwenlang wonen, werken – zoals mijn grootvaders bij Asscher – sappelden, huwden en kinderen kregen. Maar ook naar sjoel en Snoge gingen en werden begraven op Muiderberg en Ouderkerk. Generatie op generatie met hun simches en machlaukes, maar altijd met een honderd procent Joods hart en sterk misjpooche gevoel.
Mijn ouders, Philip Soesan en Flora van Buuren trouwden op 26 mei 1940 in de Beith Hamidrasjsjoel in de Rapenburgerstraat. De oorlog was net begonnen en ik heb me vaak afgevraagd of zij zich bewust waren van de inktzwarte wolken die stukje bij beetje de hemel verduisterden.
Was het naïviteit, roekeloosheid of het niet willen geloven wat Duitse Joden aan gruwelverhalen met zich meebrachten? We zullen het niet weten, ons verstand staat stil.
Op 15 juni 1941 werd ik geboren in het Nederlandsch Israëlitisch Ziekenhuis aan de Nieuwe Keizersgracht. Vanzelfsprekend heb ik geen herinnering aan die allereerste levensperiode, gelukkig hebben enkele nog in leven zijnde familieleden en de NIOD-archieven mij geholpen de puzzelstukjes in elkaar te schuiven. Vader en moeder zijn op 26 september 1942 in Auschwitz/Birkenau vermoord evenals mijn grootouders van moederskant. Twintig jaar geleden kreeg ik een foto van mijn ouders en dat was voor mij de eerste keer dat ik een beeld van hen zag. Dat moment ben ik nooit meer vergeten.
Inmiddels getrouwd woonde ik in Bergen op Zoom. Een ouder familielid vertelde mij dat er in Roosendaal 12 kilometer verderop nog familie woonde, een achternicht. Heel bijzonder en dat achternichtje vroeg me eens mee te gaan naar de sjoel in Breda. Ik? Naar Sjoel?
Nu ben ik inmiddels twaalf jaar voorzitter van de Nederlands Israëlietische Gemeente Breda en sinds een aantal jaren gastspreker Tweede Wereldoorlog op scholen in Brabant en Zeeland. Daar kan ik mijn verhaal kwijt en vertel de kinderen wat u en mij is overkomen. Het wordt nooit routine en het valt niet altijd mee. Vragen als ”voelt u zich niet schuldig dat u wel de oorlog heeft overleefd” hakken er stevig in. Maar de voldoening is groot als leerlingen na afloop – soms met tranen in hun ogen – mij laten weten dat ze geraakt zijn door het verhaal over de Sjoa. “We begrijpen het niet” hoor ik ze regelmatig zeggen, “waarom is dat gebeurd?” Ik kan ze het antwoord niet geven, je verstand staat stil.
Ogenschijnlijk onschuldige advertenties voor kwaliteitsrugzakken in het Joodsche Weekblad uit  1942 en 1943 geven beter dan wat ook aan wat er te gebeuren stond. Verzamelen, vroeg in de ochtend op de stoep voor je huis met buren, vrienden, kennissen die ook niet wisten welk sinister lot hen wachtte. En zo zaten ze daar, die schlemielen met hun kwaliteitsrugzakken te wachten op de vrachtwagens op weg naar onbekende bestemming.
We zitten hier met allemaal bekenden en de stemming is hier best.
Zo schreven mijn ouders hun laatste groet en verdwenen in de diepste duisternis Zet je verstand op nulGeplaatst op 8 april 2013 Vandaag, hier in Amsterdam bijeen op de jaarlijkse Jom Hasjoa-herdenking kunnen we wat mij betreft ons verstand op nul zetten. Want wat we vandaag herdenken gaat ieders verstand te boven. Daarmee opende Philip Soesan zijn toespraak bij de Jom Hashoa herdenking in de Hollandsche Schouwburg in Amsterdam. Soesan werd geboren op 15 juni 1941, en kwam als wees uit de oorlog. Nu is hij voorzitter van de Joodse Gemeente Breda en gastspreker Tweede Wereldoorlog op scholen in Brabant en Zeeland.Bibliotheken barstensvol analyses en verklaringen schieten te kort. Het was koude, fabrieksmatige moordlust wat ons lot werd. Hier, onder verwanten en lotgenoten kan ik mijn woede en verdriet kwijt en beleef ik het herdenken samen met u op intense wijze.Als Joodse Amsterdammer wonend in de Mediene voel ik me sterk verbonden met deze stad. De stad waar de Soesans al eeuwenlang wonen, werken – zoals mijn grootvaders bij Asscher – sappelden, huwden en kinderen kregen. Maar ook naar sjoel en Snoge gingen en werden begraven op Muiderberg en Ouderkerk. Generatie op generatie met hun simches en machlaukes, maar altijd met een honderd procent Joods hart en sterk misjpooche gevoel.Mijn ouders, Philip Soesan en Flora van Buuren trouwden op 26 mei 1940 in de Beith Hamidrasjsjoel in de Rapenburgerstraat. De oorlog was net begonnen en ik heb me vaak afgevraagd of zij zich bewust waren van de inktzwarte wolken die stukje bij beetje de hemel verduisterden.Was het naïviteit, roekeloosheid of het niet willen geloven wat Duitse Joden aan gruwelverhalen met zich meebrachten? We zullen het niet weten, ons verstand staat stil.Op 15 juni 1941 werd ik geboren in het Nederlandsch Israëlitisch Ziekenhuis aan de Nieuwe Keizersgracht. Vanzelfsprekend heb ik geen herinnering aan die allereerste levensperiode, gelukkig hebben enkele nog in leven zijnde familieleden en de NIOD-archieven mij geholpen de puzzelstukjes in elkaar te schuiven. Vader en moeder zijn op 26 september 1942 in Auschwitz/Birkenau vermoord evenals mijn grootouders van moederskant. Twintig jaar geleden kreeg ik een foto van mijn ouders en dat was voor mij de eerste keer dat ik een beeld van hen zag. Dat moment ben ik nooit meer vergeten.Inmiddels getrouwd woonde ik in Bergen op Zoom. Een ouder familielid vertelde mij dat er in Roosendaal 12 kilometer verderop nog familie woonde, een achternicht. Heel bijzonder en dat achternichtje vroeg me eens mee te gaan naar de sjoel in Breda. Ik? Naar Sjoel?Nu ben ik inmiddels twaalf jaar voorzitter van de Nederlands Israëlietische Gemeente Breda en sinds een aantal jaren gastspreker Tweede Wereldoorlog op scholen in Brabant en Zeeland. Daar kan ik mijn verhaal kwijt en vertel de kinderen wat u en mij is overkomen. Het wordt nooit routine en het valt niet altijd mee. Vragen als ”voelt u zich niet schuldig dat u wel de oorlog heeft overleefd” hakken er stevig in. Maar de voldoening is groot als leerlingen na afloop – soms met tranen in hun ogen – mij laten weten dat ze geraakt zijn door het verhaal over de Sjoa. “We begrijpen het niet” hoor ik ze regelmatig zeggen, “waarom is dat gebeurd?” Ik kan ze het antwoord niet geven, je verstand staat stil.Ogenschijnlijk onschuldige advertenties voor kwaliteitsrugzakken in het Joodsche Weekblad uit  1942 en 1943 geven beter dan wat ook aan wat er te gebeuren stond. Verzamelen, vroeg in de ochtend op de stoep voor je huis met buren, vrienden, kennissen die ook niet wisten welk sinister lot hen wachtte. En zo zaten ze daar, die schlemielen met hun kwaliteitsrugzakken te wachten op de vrachtwagens op weg naar onbekende bestemming.We zitten hier met allemaal bekenden en de stemming is hier best.Zo schreven mijn ouders hun laatste groet en verdwenen in de diepste duisternis ooit ….. .  

 

 

 

 

 

 

 

login / aanvragen